Te koop: babyschoentjes, nooit gedragen - diverse auteurs

13-02-2021

Mooier dan dit kunnen korte verhalen niet worden. Het is een bloemlezing van prachtige verhalen uit de literatuur. Van een ultrakort verhaal van Lydia Davis dat slechts uit twee zinnen bestaat tot het lange kortverhaal 'Dagen van inkeer' van A.M. Homes.



De titel van deze bloemlezing is zelf een ultrakort verhaal (UKV) van Hemingway. Het is een uitstekend voorbeeld van hoe je met spaarzaamheid toch een ontroerend verhaal kunt vertellen. Annelies Verbeke heeft de inleiding geschreven en nog twintig andere auteurs uit Nederland en Vlaanderen hebben een kortverhaal gekozen dat hen altijd is bijgebleven. Hun favoriete verhaal, zeg maar.

Het levert een mooie staalkaart van wereldliteratuur op de korte baan: van klassieke verhalen van Tsjechov, Calvino en Poe tot hedendaagse grootmeesters zoals Lydia Davis en Phil Klay.


Wist je dat er trouwens een prachtige bloemlezing is van Joost Zwagerman 'De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 250 verhalen' uit 2005? Maar dat boek is voor een andere recensie.


Waarom ik zo houd van korte verhalen? 

Door het lezen van literatuur ben ik op korte verhalen uitgekomen. Vaak duurt het slechts twintig minuten om een kortverhaal te lezen. Maar de intensiteit van een goed kortverhaal vraagt om een nog grotere inzet en concentratie van de lezer. Wanneer je bij het lezen van een roman van ergens tussen de 200 of 400 pagina's iets mist, pik je het 25 of 50 pagina's verder wel weer op. Bij een kortverhaal heb je die marge niet. Elk woord, elke zin kan belangrijk zijn. Bij een goed kortverhaal zijn ook meerdere lagen aanwezig en het is leuk om daarnaar op zoek te gaan. Ik houd dus van de gecondenseerdheid van een goed kortverhaal. Daarom houd ik ook van poëzie. Dat is nog meer gecondenseerd en stelt nog hogere eisen aan de lezer. 

Waar in een roman soms tientallen personages worden opgevoerd, is dat in een kortverhaal nooit het geval. Vaak zijn er maar enkele personages aanwezig, die heel summier worden opgevoerd. Met die weinige informatie moet je het doen. Dat vraagt ook een heel sterke openheid van de lezer. Je moet nog meer dan in een roman bereid zijn mee te stappen in het leven van de hoofdpersoon. En daar is natuurlijk iets mee aan de hand. Een eenzaam personage, iemand die een buitenstaander is of zich op de een of andere manier aan de rand van de maatschappij bevindt. Hoewel dat laatste natuurlijk niet altijd het geval hoeft te zijn. Toch gaat het vaak over een emotionele werkelijkheid. Die dan herkenbaar is, of misschien ook weer niet.


Terug naar het boek

Wat ook heel leuk is, is dat de auteurs bij het verhaal dat ze gekozen hebben een korte toelichting geven, een inleiding die altijd op de een of andere manier iets toevoegt aan het verhaal dat we te lezen krijgen. Soms is de inleiding langer dan het verhaal zelf.

Dat is het geval bij het verhaal van Lydia Davis 'Doctorstitel' dat gekozen is door Saskia De Coster en ook bij het UKV van Ernest Hemingway 'Te koop, babyschoentjes, nooit gedragen' dat uitgekozen is door Martin Michael Driessen. In het Nederlands is het zelfs nog korter dan in het Engelse origineel. Vijf woorden maar.

Alfred Birney koos voor 'De reigers' van João Guimarães Rosa. Nog nooit van beide auteurs gehoord. Een prachtig, tragisch verhaal. Wat mij opvalt is de muzikaliteit in de zinnen, in de tekst. Een verhaal over twee vogels, twee reigers, een mannetje en een vrouwtje, dat tragisch afloopt, zoals het leven zelf.

Het volgende verhaal 'Manuscript in een kliniek gevonden' van W.F. Hermans kende ik niet. Een totaal absurd verhaal. Wat mij al onmiddellijk opvalt, zijn de tegenstellingen in het verhaal. Het begint met 'Eerst de maan.' Een beetje verder 'Nooit de zon'. Wanneer ik verder lees, merk ik nog meer tegenstellingen op. Even dacht ik dat de hoofdpersoon psychotisch was. Maar dan valt mij de spanning op tussen onze zintuigen die alles waarnemen en het analytisch denkvermogen dat alles kan uitrekenen, de empirische wetenschap.

'Want ik vertel alles in volgorde, ik houd vast aan een ijzeren systematiek, neen ijzer niet, een ander, bovenwereldlijk, kosmisch metaal, een systematiek die mij in staat stelt alles te doorzien. Wie de systematiek kent, hoeft niets waar te nemen, hij rekent alles uit. Als zij dit maar begrepen, dan zouden zij mij niet achtervolgen, niet proberen mij doof te maken en later misschien ook blind; zij zouden het nutteloze van hun pogingen inzien en weten dat zij om mij werkelijk te vangen, mij zouden moeten doden, ofschoon het de vraag is of ik werkelijk sterfelijk ben.'

Wat als de hoofdpersoon niet psychotisch is en in een psychiatrische kliniek is opgenomen maar eigenlijk de hele maatschappij psychotisch is en zich gedraagt als een psychiatrische patiënt? Een interessante invalshoek.

Wanneer ik nog dieper in het verhaal duik (ik heb het verhaal verschillende keren gelezen) ontdek ik nog een laag. Een auteur die schrijft over de huidige tijd waarin men in het algemeen zich verzet tegen een (christelijk) godsbeeld. Net zoals de vader doodgaat, gaat God de Vader dood. In het huidige denken is geen plaats meer voor God. De relatie tussen God en het denken is verbroken. 

Op het einde van de inleiding schrijft Peter Buwalda: 'Pas daarna gaan we naar binnen. Ik wens de lezer sterkte.' Ja, je zult het nodig hebben om dit verhaal door te komen.

Twee auteurs kozen voor een UKV van Lydia Davis, de koningin van het kortverhaal. Bart Moeyaert met 'De moeder' en Sakia De Coster met 'Doctorstitel'. 'De moeder' kende ik, 'Doctorstitel' niet.

'Al die jaren dacht ik dat ik een doctorstitel had.
Maar ik heb geen doctorstitel.'

Blijkbaar kun je gerust zonder doctorstitel. Want de ik leefde al jaren zonder. Je hebt dus helemaal geen doctorstitel nodig om door het leven te gaan. Maar de ik dacht wel dat ze er een had. Een tragisch verhaal? Of heeft ze al die jaren bewust mensen misleid door te doen alsof ze (of hij) er wel een had?

Het verhaal van Edgar Allen Poe 'Het verraderlijke hart' kende ik omdat ik het al gelezen had en opgevoerd heb gezien als eindwerk van studenten Drama.

'De man in de reus' van Paul Snoek kende ik ook als luisterverhaal van een Podcast. Enorm genoten heb ik van het klassieke verhaal van Tsjechov 'De dame en het hondje'. Na het lezen van het verhaal vraag je je terecht af wie hier het hondje eigenlijk is. 

Als je wil kennismaken met het genre kortverhalen kan ik deze bundel alleen maar aanbevelen. Ook als je sommige verhalen kent, er staan er nog andere in die je wellicht niet kent.

Elk volgend verhaal is een verrassing want de inhoud, stijl en lengte van elk verhaal is weer anders dan het voorgaande. Een literaire toverdoos. Je weet nooit wat er komt.

Hopelijk komt er nog zo een bundel uit. Want ik zou zeggen: schrijvers en kortverhalen zijn er nog genoeg over.


2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin