Het vuur van Marguerite

15-09-2018

Een sobere en heel mooie roman over liefde en familiegeheimen. 

'Ik zie de lente in de winter.

Ik zie de grijze wintertakken en de takken die rood zijn van het sap. Ik zie het sap stromen, ook al stroomt het niet; ik zie de bladerloze twijgen en de bladeren die eruit ontspruiten - de knoppen die groen worden en openbarsten, de bladeren die zich ontvouwen. Door de sneeuw en de bevroren grond heen zie ik de groeiende wortels, de uitlopende zaden. Ik zie het allemaal tegelijk, niet alleen de lente en de winter maar ook de zomer en de herfst, de cellen die verharden, de bladeren die verschieten, vallen en vergaan, de vorst, de dooi, het opstijgende sap, de knoppen en dan weer de bladeren, die groen worden, verdorren en vallen ...

Allemaal tegelijk, ik zie het allemaal tegelijk.

De dag in de nacht, de nacht in de dag. De dood in het leven, het leven in de dood.

Het vuur in het ijs.

Als een zaadje lig ik hier op de grond. Als een zaadje slaap ik en ben ik wakker, leef ik en ben ik dood. De kiem leeft in me, maar wacht rustig af in mijn binnenste. ...

Zo begint dit mooie boek, sober en poëtisch geschreven. De personages verstillen, net als het landschap van sneeuw rondom hen, maar in hen stromen de emoties, net zoals water stroomt en kolkt onder het ijs.

En dat zijn heel wat emoties: van liefde en verbondenheid tot duistere familiegeheimen, maar vooral liefde en genegenheid, de liefde van een jong meisje dat van niets weet voor een indiaan, de liefde van een oudere vrouw voor een kleine jongen en de liefde van twee vrouwen voor elkaar.

Het is een prachtig debuut van de Amerikaanse schrijfster Elizabeth Innes-Brown (1954) dit tot dan alleen korte verhalen schreef.

Een liefdesroman maar geen doorsnee.

De zeven hoofdstukken zijn geschreven in de ik-vorm van verschillende personages. Dat maakt dat het niet altijd onmiddellijk duidelijk is over wie het gaat maar dat wordt duidelijk door verder te lezen en deze opbouw maakt het boek boeiend. Een boek om met aandacht te lezen.

Op een winterse ochtend bij een temperatuur ver onder nul gaat James Jack naar buiten op het oude pad naar de steengroeve. In de sneeuw vindt hij Tante in haar nachtpon - dood. Wat had haar ertoe gebracht om midden in de nacht naar buiten te gaan in de ijzige vrieskou?

Op het bureau van de sheriff gaat hij de dood van Tante aangeven. Hij bedenkt zich en hij zou handelen zoals zij het gewild zou hebben, zoals zij hem had gezegd te handelen. Eén laatste daad van gehoorzaamheid.

Bij zijn zoektocht naar de raadselachtige omstandigheden van de dood van Tante haalt hij herinneringen op uit zijn geheugen en zo komen we meer te weten over Tante. Ze werd geboren in 1903. Als jong meisje dat van niets wist, wordt ze verliefd op een indiaan die als hulp werkt bij haar ouders. Door haar liefde voor hem zal haar leven nooit meer hetzelfde zijn. Door tragische gebeurtenissen gedreven, verlaat ze het eiland en haar ouders om er pas veertig jaar later voor het eerst naar terug te keren.

Ze is pas zestien als ze een baantje krijgt op een kantoor van een van de grote scheepvaartlijnen op de Mississippi in New Orleans. Ze treedt in het huwelijk dat eindigt in een echtscheiding.

Na de dood van haar ouders keert ze voor het eerst terug naar het eiland en blijft er wonen en een teruggetrokken leven leiden. Ze vat liefde op voor een klein jongetje James Jack dat door een tragisch ongeluk zijn beide ouders verliest.

Zinnen die ik mooi vond:

'Ik heb ergens eens gelezen dat onschuld geen deugd is. Misschien verklaart dat iets over mij, of beter, is het tekenend voor mij als jong meisje. Want al was ik onschuldig, ik ben nooit deugdzaam geweest. Dat heeft mijn moeder mij geleerd.'

'Ik had geprobeerd minnaars en vrienden te hebben. Ik had geprobeerd lief te hebben, zelfzuchtig en onbaatzuchtig, en kwam uiteindelijk tot het inzicht dat je alleen van jezelf kon houden, en dat niet eens zo heel veel.'

'Waarom ik bleef: ten eerste was ik tweeënvijftig en vond ik het prettig om alleen te zijn. ... Het was meer dat ik wist hóe ik alleen moest zijn. En omdat alleen zijn minder pijnlijk was dan niet alleen zijn, gaf ik er de voorkeur aan. En alleen was ik, in dat huis. Dag in, dag uit. Ik hoefde enkel rekening te houden met mezelf, alleen mezelf maar te antwoorden, mezelf te vermaken en mezelf bezig te houden.'

'Ik ontwikkelde het vermogen niet zomaar alleen te zíjn, maar ook vorm te geven aan die toestand en een eigen wereld te scheppen.'

'Elke avond na jouw vertrek dronk ik, ook al trok het me steeds dieper in het verdriet dat me als een virus had besmet. Ik begreep niet waarom het verleden juist toen bij me terugkwam en waarom het niet wilde weggaan, en vertoefde in een besloten hel waarin de herinneringen om me heen wervelden als een toneelvoorstelling achter het doek.'

'Het is moeilijk om in deze tijd van wetenschap te geloven in het geluk, in rampen en zegeningen die je zonder reden worden toebedeeld. De voorspoed van een goede familie kan worden verklaard uit hard werken, eerlijkheid en volharding; de tegenslag van een slechte familie uit luiheid en karakterzwakte. Maar alleen het geluk lijkt te kunnen verklaren waarom luiaards slagen en harde werkers mislukken, en waarom het leven lijkt op een loterij waarin sommige mensen geboren winnaars zijn en anderen verliezers. Een goede familie met pech; een slechte familie met geluk.'

'Ik heb geen waardering voor schuwe en teruggetrokken deugdzaamheid, die ongeoefend en onervaren is, die nooit de confrontatie met haar tegenstander zoekt, maar wegsluipt uit de wedloop waar de onvergankelijke lauwerkrans te behalen valt, zij het niet zonder vuil en verhit te worden. - John Milton, Tractate of Education (1644)

2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin