Het verhaal van de bamboesnijder - Pauline van de Ven

30-12-2019

Schitterende vertelling gebaseerd op een Japans sprookje uit de negende eeuw, Taketorie Monogatari. Een oude bamboesnijder vindt een meisje in een holle bamboestengel. Hij neemt haar mee naar huis. Ze groeit uit tot een beeldschone vrouw. Dan begint de zoektocht naar een geschikte echtgenoot.

Dit is een prachtig verhaal. Ook de uitvoering met dertien linosneden van de hand van de schrijfster maken van het 223 pagina's tellende boek een juweeltje. 

'De bamboesnijder' is de oudst bewaarde Japanse roman. Het is geschreven eind negende eeuw of begin tiende eeuw. Tekstcritici verschillen er een beetje over van mening.

In de loop van de tijd zijn er veel verschillende variaties op gemaakt. 

In '1001 boeken die je gelezen moet hebben', een uitgebreid naslagwerk over grote romans en schrijvers uit de wereldliteratuur staat het boek uit 1998 van Japanse schrijver Yasunari Kawabata in de lijst van boeken die je beslist gelezen dient te hebben.

Ik stel mij tevreden met de uitgave van Pauline van de Ven, aangeschaft voor 50 cent. Het zat tussen de afgevoerde bibbliotheekboeken.

Deze uitgave van Pauline van de Ven is echt een juweeltje. Leuk om als cadeau te geven, leuk om te krijgen.


Een oude man, zonder hartstochten en zonder interessante fouten, gaat zijn bamboeveld bewerken. Hij houdt van bamboe; van de sterke, soepele buigbaarheid ervan. Zijn vrouw kweekt bonen, Oost-Indische kers, pompoenen en kool in haar moestuin. Beiden leiden onder hun kinderloosheid. 

Op een dag wordt de aandacht van de man getrokken door een schijnsel aan de voet van een bamboestengel.

'Hij liep terug naar de plaats waar hij zijn schoof had achtergelaten en bukte zich. Zijn oog viel op een schijnsel dat uit de voet van een bamboestengel leek te komen. Hij knielde. Grondwater welde door de knieën van zijn broek maar hij was te verbaasd om het te merken. In de stengel brandde licht. Hij schudde de gladde onderkant tussen duim en wijsvinger. Toen zag hij een meisje. Ze was niet groter dan zijn duim. In de holle schacht viel het licht op haar neer alsof boven haar hoofd de zon scheen. Ze klampte zich vast om niet te vallen; doorschijnend spande de huid om de knokkels van haar handjes. Voorzichtig plukte de bamboesnijder het wezentje uit de stengel.'

Na enkele maanden is het meisje uitgegroeid tot een beeldschone vrouw met een schoonheid die niet van deze aarde is. Ze is volmaakt en haar schoonheid en intelligentie brengen alle mannen van het land het hoofd op hol. Zelf heeft ze geen behoefte om te huwen maar haar bejaarde ouders maken zich zorgen over wat er met haar gaat gebeuren wanneer ze sterven en De Lichtprinses van de Soepele Bamboe alleen achter blijft. Veel mannen maken haar het hof maar ze wijst ze allemaal af.

Vijf prinsen houden vol en uiteindelijk moeten ze een moeilijke opdracht vervullen: ze moeten een geschenk meebrengen dat een streling is voor elk van haar vijf zintuigen en degene die het geschenk kan beschrijven dat ze het al kan proeven, horen, zien, voelen of ruiken nog voor ze het heeft gezien, zal haar echtgenoot worden.

De Rode Prins, de Groene Prins, de Gele Prins, de Blauwe Prins en de Paarse Prins falen in hun opdracht maar Mikazuki vindt het niet erg. Tot de keizer van het rijk zijn kans waagt en dingt naar haar hoofd en haar hart.

De negen hoofdstukjes in het boek lezen vlot en zijn in toegankelijke taal geschreven.

Het epigram

'Als het verken droomt, is 't van draf

          (Vlaams spreekwoord)

Je kunt wel dromen hebben maar tegelijk zijn je dromen beperkt, zitten ze gevangen in wat je kent, je eigen realiteit. Je kunt wel je eigen dromen dromen, maar tegelijk zitten ze opgesloten in je eigen wezen.

De liefde

'Voor wie liefde een groot woord vindt,
           en voor Paul'

Daar gaat het hele boek over: de liefde en de spanning tussen het verlangen om vrij en onafhankelijk te zijn en tegelijk iemand te willen liefhebben waar je volledig mee samenvalt. Mikozuki is alleen gelukkig en ze wil alleen huwen met iemand die volledig op haar gelijkt. Iemand die voelt wat zij voelt, denkt wat zij denkt, ruikt wat zij ruikt, proeft wat zij proeft en tast wat zij tast. 

'Die knappe, schatrijke, belangrijke prinsen interesseren mij geen zier, zei ze na een tijdje. Ik wil trouwen met iemand met wie ik eeuwig gelukkig zal zijn!
   Eeuwig, schat, zei de bamboesnijder, een glimlach onderdrukkend. Zeg 'ns, als hij niet knap hoeft te zijn, en niet machtig, en ook niet rijk, welke eigenschappen moet een man dan hebben om jou eeuwig gelukkig te maken?
   Mikazuki dacht na.
   Ik weet het, zei ze. Als ik aan het raam sta, en de wind waait door de bamboe, dan denk ik soms... - je lacht! ...
Dan denk ik... - hoe heerlijk het zou zijn als iemand dezelfde wind in dezelfde bamboe zou horen.
   Dezelfde wind in dezelfde bamboe? Is dat zo bijzonder? Dat hoort toch iedereen?
   Nee, nee! Je snapt het niet. Ik bedoel niet iemand die het hoort! Ik bedoel iemand die weet hoe het klinkt. Die er precies-maar-dan-ook-precies hetzelfde bij voelt als ik. Dat is wat ik mis! Dat is wat ik wil! Iemand die ziet wat ik zie, hoort wat ik hoor, en die er precies bij voelt wat ik voel. Met zo'n prins wil ik trouwen!'

Een onmogelijke opgave.

De rebus op het einde luidt: 'Uiteindelijk draait alles om liefde, geloof het of niet.

De personages

DE vijf prinsen zijn eigenlijk verschillende aspecten van de persoonlijkheid van keizer Chitosé, en bij uitbreiding van alle mensen.

'Aan de overkant lag het zomerpaleis van de keizer en vijf kleinere paleizen met mooie namen die iedereen vergeten was. Ze werden eenvoudig genoemd naar de kleur van hun stoffering - rood, groen, blauw, geel en paars. Ook deze behoorden aan keizer Chitosé. In elk ervan leefde hij een kant van zijn persoonlijkheid uit. Het blauwe ademde de sfeer van een klooster, hij gebruikte het om in afzondering te lezen en werken. Het rode was voor feesten en romantische ontmoetingen; de deuren stonden er altijd open.'

In de verdere hoofdstukken worden de prinsen en hun persoonlijkheid uitgebreid, naar het karikutarale toe, maar zeer herkenbaar, beschreven. Eigenschappen die allemaal eigen zijn aan mensen. 

'De eerste was de Rode Prins, een gepassioneerd man die recht op zijn doel afging; vrolijk en impulsief, een kenner van aardse genoegens en een tikkeltje roekeloos.
   De tweede was de Groene Prins, met een goed hart en een zorgzaam karakter; iemand die zich zo goed kon verplaatsen in de gevoelens van anderen dat hij regelmatig de weg terug naar zichzelf kwijtraakte.
   De derde was de Gele Prins, een man die weinig vertrouwen had in zichzelf en anderen en van wie werd gefluisterd dat hij een nare ervaring in de liefde had gehad. Met zijn gebroken hart en zijn rijke fantasie droomde hij van een zielsverwant.
   De vierde was de Blauwe Prins, standvastig en dapper, een man met een goed verstand, die graag raadsels oploste. Hij had een taai doorzettingsvermogen en kon vlug uit het hoofd rekenen.
   De vijfde tenslotte, de Paarse Prins, was een man die zich had voorgenomen een teruggetrokken leven te leiden in dienst van het Hogere. Tot zijn spijt was hij echter net zo hartstochtelijk verliefd geworden als zijn rivalen.'

In de hoofdstukken van 3 tot en met 7 worden de prinsen en hun persoonlijkheid nog uitgebreider beschreven en worden vaak filosofische en existentiële kwesties over geluk en gelukkig zijn aangereikt in de de dialogen die de prinsen voeren met mensen die ze ontmoeten. Zo vond ik de dialoog tussen de Rode Prins en de oude gebogen man met kromme benen die hij ontmoet in de bergen op weg naar Lindl fantastisch. 

'Wat voert u naar Lindl?
    Mijn bruidsschat, zei de prins. Ik haal mijn bruidsschat op voor de vrouw van mijn hart. Als het naar haar zin is, dan trouwen we.
   Dat is romantisch, zei de man. Ik hoop dat u gelukkig wordt.
   Ik ga er mijn best voor doen.
   Om gelukkig te worden?
   Het is iets wat ik mij onlangs heb voorgenomen, vertrouwde de prins hem toe. Ik ga een gelukkig mens worden. Het was eigenlijk al een oude wens van me. Maar ik heb besloten er maar eens serieus werk van te maken.'

Wat daarna volgt is een interessante dialoog met de oude man die denkt dat men er weinig invloed op heeft. 

De vijf prinsen mislukken in hun opdracht telkens door een facet van hun persoonlijkheid. 

Het einde

Het slot ga ik niet verklappen maar is heel onverwacht, een beetje magisch, sprookjesachtig.

Het toont aan dat volmaakte schoonheid en perfectie niet van deze wereld is en niet tussen mensen op aarde gevonden kan worden. Veel goeds schuilt in acceptatie, wat keizer Chitosé dan ook ontdekt. Misschien nog meer in vergetelheid.


Een schitterend verhaal dat zo herkenbaar en universeel is dat iedereen het gelezen zou moeten hebben!

Wil je meer weten over Pauline van de Ven? Wist je dat deze schrijfster ook schilder is?

Neem een kijkje op haar website:



2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin