Maanpaleis

29-10-2018

Maanpaleis wordt voortgestuwd vanuit toeval en geheugen, getekend door tragedie en verlossing en verlicht door lyrische en scherpzinnige taal.

'Het was de zomer waarin de mens voor het eerst op de maan wandelde. Ik was toen nog heel jong, maar ik geloofde niet dat er ooit een toekomst zou zijn. Ik wilde gevaarlijk leven, tot mijn uiterste grenzen gaan en zien wat er met me gebeurde als ik die bereikte. Het bleek dat ik er bijna aan onderdoor ging.'

Zo begint dit rijke boek van Paul Auster, een van de grootste hedendaagse Amerikaanse schrijvers. De hoofdpersoon is Marco Fogg, een wees. Toen hij elf jaar was, kwam zijn moeder om bij een verkeersongeval. Een vader was nooit in beeld gekomen. Na de dood van zijn moeder gaat hij in Chicago wonen, bij zijn oom Victor.

Na vier jaar studeren gaat hij op zichzelf wonen en vanuit zijn raam ziet hij een neonreclame in roze en blauwe letters die samen het woord MAANPALEIS vormen. Hij herkent het  als het reclamebord van het Chinese restaurant aan het eind van het blok. Het waren magische letters en hingen daar in het duister als een heuse boodschap uit de hemel.

Vanaf dan besluit hij om niets meer te doen om zichzelf te helpen. Zijn actie was om vanaf dan geen actie meer te ondernemen. Hij weigerde om ook maar een vinger uit te steken.

'Ik was wanhopig ... ik besloot om niets te doen: mijn actie zou bestaan uit een militante weigering om enige actie te ondernemen.'

We leren Marco kennen als een jonge man die op zoek is naar alles en niets, hij is intelligent en dom, cynisch en gevoelig, impulsief en depressief. Alles gebeurt bij hem in uitersten.

Hij wordt een dakloze die de nachten doorbrengt in Central Park. Hij wordt gered door Zimmer en Kitty. 

In deel II heeft Marco een baantje als persoonlijke assistent van een invalide man. Hij maakt lange wandelingen met de excentrieke man in de rolstoel en noteert zijn levensverhaal: een uit de hand gelopen document waarbij de ik-persoon naar de achtergrond is verschoven.

Daarna maakt hij een reis naar de woestijnen van Utah en ontmoet verschillende mensen en verrassende gebeurtenissen.

Het toeval speelt een grote rol in het verhaal. Steeds gebeuren er toevallige gebeurtenissen die het verhaal een nieuwe wending geven. Uiteindelijk hangt alles aan elkaar en past alles samen in zijn leven. 

Op het einde staat hij weer oog in oog met de leegte. Hij was naar het einde van de wereld gekomen en daarachter was het niets, behalve lucht en golven ... Hier ben ik, zie ik tegen mezelf, hier neemt mijn leven een aanvang.

Het boek is voor mij een spirituele reis: op zoek gaan naar jezelf, je eigen identiteit en wortels vinden, reizen, transformatie.

Het is voor mij een bijzonder spiritueel verhaal: een zoektocht naar bezieling en zingeving in het leven. Wanneer zijn oom Victor overlijdt, gebeurt er heel veel met Marco Fogg. Hij is zijn koers kwijt en raakt uit balans. Hoe moet hij nu verder? Hij kiest er voor om niets te doen. Een opmerkelijke keuze, dat wel. Vanaf nu kiest hij ervoor om mee te bewegen met het leven, zich volledig overgeven aan het leven. Het leven zal vanaf nu alles voor hem bepalen en dat loopt niet goed af.

Het brengt hem tot de kern van het menszijn: de mens is een eenzaam en verlaten wezen.

Lees ook een interessant artikel hierover 'Maanpaleis en spiritualiteit' van Rogier Teerenstra:

https://rogierteerenstra.wordpress.com/2013/11/10/paul-auster-maanpaleis-spiritualiteit/comment-page-1/#comment-166

Het is een boek dat zich niet zo gemakkelijk laat samenvatten, fascinerend, intrigerend, bizar en zeker origineel. Een boek om zelf te lezen en er dan over mee te praten.

Zinnen die ik mooi vond

'Ieder mens is de schrijver van zijn eigen leven,' zei hij. 'Het boek dat jij aan het schrijven bent is nog niet af.'

'Sinds de dag dat hij uit het paradijs was verbannen, was Adam nog nooit zo ver van huis geweest.'

'Ik was van de rotsrand gesprongen en toen, net toen ik te pletter zou vallen, gebeurde er iets buitengewoons: ik ontdekte dat mensen waren die van mij hielden. Het is heel belangrijk dat er zo van je gehouden wordt. Het maakt de verschrikking van de val niet minder erg, maar het werpt wel een nieuw licht op de betekenis van die verschrikking. Ik was van de rots gesprongen en toen, op het allerlaatste moment, was er iets dat uitstak en mijn val halverwege brak. Dat iets definieer ik als liefde. Het is het enige dat een mens in zijn val kan stoppen, het enige dat krachtig genoeg is om de wetten van de zwaartekracht te loochenen.'

'Ik heb mijn niets geschapen, en nu moet ik erin leven.'

'Ik heb het nu over de Grote Oorlog, de oorlog die de dingen hun hart ontrukt, de oorlog die een eind aan alle oorlogen moest maken.'

'Ik ging wonen in die stem, alsof het een kamer was, een kamer zonder ramen die met de dag kleiner werd.'

'Ik was naar het einde van de wereld gekomen en daarachter was niets, behalve lucht en golven, een leegte die zich onbelemmerd uitstrekte tot aan de kusten van China. Hier begin ik, zei ik tegen mezelf, hier neemt mijn leven een aanvang.

Ik stond lange tijd op het strand, wachtend tot de laatste restjes zonlicht zou verdwijnen. Achter me hield de stad zich met de dagelijkse gang van zaken bezig en maakte de vertrouwde Amerikaanse geluiden van het eind van de eeuw. Toen ik de kustlijn aftuurde, zag ik dat de lichten in de huizen werden aangedaan, een voor een. Toen kwam de maan op achter de heuvels. Het was een volle maan, even rond en geel als een brandende steen. Ik hield mijn ogen op haar gevestigd toen ze in de avondhemel rees en wendde me niet af tot ze haar plek in het duister had gevonden.'




2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin