De stille zomer - Ward Ruyslinck

07-09-2020

Het is zomer, augustus, en de uittocht naar het buitenland is begonnen. Een schrijver blijft achter in het dorp waar hij woont, eenzaam en met een writers-block. Zal hij in die stille zomer de inspiratie vinden die hij zoekt?

Wat een heerlijke novelle om te lezen. Met rustige voortgang gaat het verhaal verder. Heerlijke zinnen, mooie beelden. Deze 111 pagina's hebben mij geen moment verveeld.

De titel van het boek en de stille zomer van het jaar 2020 - middenin de coronacrisis - brachten mij ertoe dit boek te lezen.

Beslist een vergeten juweeltje! 


De ik-persoon bewoont een kamer op de eerste verdieping van het huis van mijnheer Plus en zijn dochter Elsje. 

'Mijnheer Plus knipte met een snoeischaar de verwelkte trossen uit zijn violieren in de achtertuin weg...'

Zo begint deze novelle die volgens de schrijver zonder enige vooropgezette idee, zonder werkplan of wat dan ook is geschreven, een bijna zuiver intuïtief scheppingsproces.

De ik-persoon in het verhaal heeft het minder getroffen. Hij zit vast. Al meer dan een half jaar staat een boek op stapel waarvan de eerste zin nog moet geschreven worden.

'Het verhaal zat pijnlijk als een langzaam rijpende steenpuist tussen vel en vlees en wilde maar niet uitbreken.'

Wie niet vast zit is de ene helft van het dorp. Het is immers vakantie en het halve binnenland bivakkeert onder de zuiderse zon. De andere helft is dommelig achtergebleven. 

Het hoofdpersonage ergert zich aan de honkvastheid van zijn huisbewoner. Het liefst had hij gezien dat ze ook hun koffers hadden gepakt, dan had hij nu het huis voor hem alleen.

Hij besluit een wandeling te maken en door de straten te kuieren. Het verhaal leest alsof het nu geschreven zou kunnen zijn.

'Ik trok de voordeur zo hard achter me dicht, dat er een reepje stopverf uit een der voegen van de bovendorpel naar beneden viel. Het was van geen belang, het kwam immer op geen gruizeltje aan in een wereld die bezig was met grote klompen af te brokkelen.'

Hij leeft in een wereld die bezig is met grote klompen af te brokkelen. Het zou zo over de zomer van 2020 kunnen gaan.

De hoofdpersoon ergert zich aan de bekrompenheid van zijn medemensen, de burgerlijkheid, de corruptie en het verval om hem heen.

Onderweg komt hij een eenzame betoger tegen, een meisje met een fiets die niet van haar blijkt te zijn en een jonge, eenzame vrouw met wie hij naar bed gaat en die later wordt gearresteerd voor een overval.

Het verhaal bevat enkele surrealistische elementen en de aantrekkelijke humor maken dat je het boek in een ruk uitleest.


2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin