Boven de wolken - Arthur Japin, Onno Blom en anderen

07-12-2019

Elf korte verhalen van elf verschillende auteurs en hun visie op de werkelijkheid. Van bekende schrijvers en minder bekende. Laat je meevoeren door de boeiende wereld van het kortverhaal.

Boven de wolken is de eerste uitgave van van uitgeverij Magonia. Een boeiende bundel korte verhalen die toont dat het genre levend is. 

Een kort verhaal is sinds de 19de eeuw een op zichzelf staand literair genre geworden. Een kort verhaal is langer dan 1000 à 1500 woorden en korter dan 8000 à 10 000 woorden. Er bestaan ook kortverhalen die minder dan 1000 woorden bevatten. Die worden ultrakorte verhalen genoemd. Bevat een verhaal meer dan 10 000 worden, dan is het eerder een novelle. Een kortverhaal is compacter, literair geschreven, het heeft een verteller en een plot. Er komen minder personages in voor dan in een roman, maar minstens één uitgewerkt personage dat worstelt met problemen, een of meer thema's en een ontknoping. Goede korte verhalen zijn lang in diepte en betekenis. 

Sinds kort heb ik korte verhalen leren kennen en waarderen. Ik waardeer ze enorm omdat ze minder tijd vergen om te lezen en je eigenlijk over dezelfde vaardigheden dient te bezitten om ze te doorgronden als een literair fictieboek. Alleen omdat ze korter zijn, is het nog belangrijker om de juiste dingen met elkaar te verbinden. Je kunt makkelijker over iets lezen, een woord of een zin die heel belangrijk is, omdat het allemaal op een veel kleiner oppervlakte wordt aangereikt. Voor mij helpt het enorm om te leren hoe je kunt lezen, hoe verhalen werken, hoe literatuur werkt. 


In de bundel Boven de wolken nemen elf verschillende schrijvers je mee naar hun Magonia. Hun visie op de werkelijkheid. 

'In een tekst uit de negende eeuw schrijft bisschop Agobard van Lyon over Magoniërs, drie mannen en een vrouw, die aan een anker uit de wolken waren afgedaald. Agobard ageert tegen het volksgeloof dat de wolken voertuigen zijn waarvan wij slechts de onderkant zien, zeilschepen bemand door wezens die in onze luchtlaag te weinig lucht krijgen. Soms werden de Magoniërs, afdalend langs hun ankerketting, waargenomen...'

De bundel begint dan ook met een citaat van Agobard van Lyon.

'Wij hebben toch echt heel wat mensen gezien en gesproken die door zo'n dwaasheid overmand zijn, aan zo'n gekte ten prooi, dat ze geloven en beweren dat er een plaats aan de hemel bestaat, die Magonia wordt genoemd, van waaruit schepen door de wolken varen.

Ook hebben wij bij die lui, die zo verblind zijn dat ze geloven dat zoiets kan, gezien hoe vier mensen te kijk werden gesteld die uit die schepen zouden zijn gevallen, drie mannen en een vrouw.'

                                               Agobard van Lyon (769 - 840)

Alle personages maken een moeilijke periode door, allen op hun eigen manier. Steeds gaat het om de werkelijkheid of over een vervorming van de werkelijkheid. Dat maakt dat niet alle verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn.

De bundel opent met een verhaal van Arthur Japin. Het is een verhaal dat mij direct intrigeerde.

'Deze dood is een lang, wit geraamte. Hij kan zitten en staan. Hij loopt. Soms blijft de borstkas achter bij de benen en slaat het onderstel een eigen weg in. Dan weer kan het hoofd de armen niet bijhouden en vliegt het van de romp, recht de lucht in. Het is even oefenen, maar met wat handigheid danst de dood voor je, begeleid door zijn luid klepperende botten. Dat is met gemak het mooiste cadeau.'

Ik was onmiddellijk verkocht door de eerste alinea over de dood. Het blijkt om een speelgoedskelet te gaan van de elfjarige Arthur. Het verhaal is ontroerend en hartverscheurend tegelijk. De jonge Arthur die twaalf zou worden, wordt met een klap in de werkelijkheid neergesmakt wanneer zijn tante in Londen een telefoontje krijgt van de consul 'Het is Bert.' Op dat moment zijn Arthur, zijn moeder en tante op een kort bezoek in Londen. Met een keiharde dreun valt hij vanuit de wolken, zijn Magonia, met een smak naar beneden. Hij heeft een moeilijke relatie met zijn vader, vooral door de psychische problemen van zijn vader die zich al een tijd voordoen. Wanneer ze op weg gaan naar huis laat hij de pop tijdens de vliegtuigreis rustig in de plastic tas van Hamley's Warenhuis voor Kinderen.

'Ik wist dat ik er nooit meer mee zou spelen. Ik werd die zomer tenslotte twaalf.'

Het verhaal van Nicole Harmsen Het komt in de buurt vond ik heel mooi. Wel heel begrijpelijk en tegelijk erg ontroerend. 

Met het tweede verhaal Het bord van Heymans van Joop Bos kon ik minder uit de voeten. De hoofdpersoon kijkt op naar De Rubini, een Hongaarse telepaat. Zelf beschikt hij ook over telepathische gaven, maar dat gaat op en af. Geleidelijk aan verliest hij het contact met de werkelijkheid maar het verhaal liet mij vertwijfeld achter. Heb ik iets gemist?

Liefde en muziek en Net veertien zeiden mij dan weer minder. 

Waalseiland van Roos van Sen en De ommekeer van Rob van der Staaij vond ik de meest complexe teksten. 

Het laatste verhaal Elena Rozenberg van Prins de Vos gaat over een veertienjarige jongen die worstelt met emoties, verfijnd en subtiel weergegeven. Er zit een zekere zachtheid, tederheid in. 

Een boeiende bundel korte verhalen maar waar ik bij sommige teksten toch het gevoel had dat ze mij ontsnapten, dat ik er niet de vinger op kon leggen wat ze nu precies betekenden of wat de schrijver bedoelde. 

Daarmee blijven sommige verhalen toch zweven tussen de wolken.

2018 Website gemaakt door Linda Marie Vermeulen. Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin